Myanmar

Het duurt altijd even voordat je aan de nieuwe tijd gewend ben. Vermoeidheid speelt een rol. We waren ongeveer 18 uren in een vliegtuig, voordat we in Myanmar lande. Gelukkig zit ons hotel dichtbij het vliegveld. Dan volgt ontmoetingen met verschillende mensen. In het begin lijken ze allemaal op elkaar. De taal klinkt zo vreemd op het oor, niet zoals enige van de talen die ik gewend ben uit. Het heeft voor ons gevoel veel meer weg van tongentaal. De kleuren en de geuren op straat vallen op. Dan begint de ritten, zo heb ik het ook vaak meegemaakt in Ghana en in Togo, overgeleverd aan een plaatselijke chauffeur die op een dusdanige manier gaat rijden dat je niet anders kan dan constant te bidden. En als je uitstap uit de auto de Here God echt van harte danken dat je levend en behouden op je bestemming bent.
Overal op straat zie je Budistische monniken lopen. Soms in een hele lange rij, het lijkt wel op een school, groepen kleine kinderen in een optocht. Soms enkele ouderen met een paraplu tegen de warme zon. Heel veel tempels zijn langs de weg te vinden. Myanmar is bekend om de grootste Pagoda in de wereld. Een Pagoda is een gouden tempel dat lijkt op een ronde tempel. We bezochten kleine kerkjes en opvanghuizen voor kinderen. Soms waren we tussen de rijstvelden helemaal op het platteland, soms in de buitenwijken van de stad. Het is geweldig om Gods liefde en bewogenheid voor die mensen te ervaren. We waren zo geraakt door de nederigheid van de ene pastor. Zij wonen tussen de rijstvelden houden eenden en kippen en vangen kinderen op in een soort weeshuis. Alles gebouwd uit gevlochten bamboe en palmboomtakken. Er was zo een aanwezigheid van de Here, vrede en rust, we konden spreken en bidden wat cadeautjes voor de kinderen geven, maar meerdan dat bidden en spreken over de liefde van God en zijn bestemming voor de elkeen persoonlijk.

20130224-074816.jpg

20130224-074834.jpg